Sla menu over Meer over toegankelijkheid

Het erfgoed

Het landschap van de Veenkoloniën is ontstaan als gevolg van vervening. Karakteristiek is de langgerektheid van de bebouwingslinten en het ontginningssysteem van kanalen en wijken. Veenkoloniale lintbebouwing staat vaak strak in lijn op gelijke afstand van de weg en met de nokrichting evenwijdig aan de wijken die haaks of in een hoek liggen met het hoofdkanaal.

Iconen in de regio

Veenkoloniaal bebouwingsbeeld met sluis (Nijverheidskade bij 13 Wildervank)

Bij het middenverlaat op de grens tussen Veendam en Wildervank staat naast het sluiscomplex met brug nog kenmerkende Veenkoloniale lintbebouwing.

Voormalige Strokartonfabriek Free & Co (Westerstraat 22 Oude Pekela)

Het veenkoloniale silhouet van Oude Pekela wordt nog altijd sterk bepaald door de 4 nog aanwezige fabriekspijpen, zoals die van het complex van de voormalige strokartonfabriek Free & Co. Het gebouw is nu deels in gebruik bij Siep & Co met gerestaureerde stoommachine.

Meer over erfgoed

Kenmerkend voor de bebouwingsstructuur in kanaaldorpen is de variatie in dichtheid in het lint. Vooral bij bruggen en sluizen is de bebouwing meer geconcentreerd. Bij het middenverlaat op de grens tussen Veendam en Wildervank staat naast het sluiscomplex met brug nog kenmerkende Veenkoloniale lintbebouwing. De bebouwing staat vaak strak in lijn op gelijke afstand van de weg en met de nokrichting evenwijdig aan de wijken die haaks of in een hoek liggen met het hoofdkanaal. Kenmerkend is ook de overwegend smalle maat van de afzonderlijke panden aan de diepszijde en de individuele herkenbaarheid van vrijwel alle gebouwen.

Veenkoloniale herkenningspunten

Voor de oriëntatie in de dorpen zijn herkenningspunten van belang omdat het bebouwingslint een vrij uniforme maat en schaal heeft. Bruggen en sluizen vormen duidelijke herkenningspunten. En ook oude fabrieken en watertorens vormen herkenningspunten in het lange lint, doordat ze verder naar achteren geplaatst zijn en door hun grotere schaal. Het veenkoloniale silhouet van bijvoorbeeld Oude Pekela wordt nog altijd sterk bepaald door de 4 nog aanwezige fabriekspijpen, zoals die van het complex van de voormalige strokartonfabriek Free & Co (nu deels in gebruik bij Siep & Co met gerestaureerde stoommachine). De kerken in de Veenkoloniën staan net als veel fabrieken en de watertorens iets naar achteren geplaatst in het lint. Ze hebben een minder prominente ligging dan in andere oudere dorpen, waar de kerk vaak in het hart van een dorpskom geplaatst is.

Naast het Oldambtster boerderijtype komt een ouder, specifiek Veenkoloniale variant voor, waarbij het voorhuis aan een of beide zijden is voorzien van een krimp. Het zijraam in de krimp zorgt voor goed zicht over het kanaal. De oude kapiteinshuizen en de bebouwing van neringdoenden kennen een vergelijkbare opzet. Van de historische woonbebouwing zijn vooral de woningen van de gegoede burgerij bewaard gebleven, in de vorm van rijk uitgevoerde Veenkoloniale woningen, dwarshuizen of (fabrikanten)villa’s. De vele arbeiderswoningen van het krimpentype zijn vaak gesloopt en vervangen of sterk vergroot.